Sommige mensen beginnen liever niet aan iets nieuws, want ze denken dat ze het toch niet kunnen. Hun innerlijke criticus in de vorm van de saboteur werkt verlammend. Wat te doen tegen zelfsabotage?
Als je innerlijke criticus een saboteur is, dan vind je het lastig om stappen te zetten. Je weet wel wat je wilt, maar je denkt: ‘dat kan ik toch niet’. Een andere baan zoeken, met een nieuwe hobby beginnen, een studie oppakken, een muur blauw verven, op avontuur gaan… Je stelt je voor hoe het zou zijn, je droomt er misschien van… Maar je doet het toch maar niet.
Begrijp de bron
Wat te doen? Allereerst is het essentieel dat je begrijpt wat de oorzaak is van de zelfsabotage. Wie heeft tegen jou gezegd ‘je kunt het toch niet’ of ‘doe dat nou maar niet, dat gaat vast mis’? Grote kans dat je dit soort boodschappen hebt gehoord in je opvoeding of op school. Maar wil je daar echt in blijven geloven?
Niet nu maar morgen
Ook belangrijk is om te onderzoeken of je innerlijke saboteur smoezen bedenkt. Bijvoorbeeld: ‘Als ik meer geld had, als ik meer tijd had, als mijn partner anders was, dan…’ Dat soort gedachten houdt je onnodig tegen. Ook gedachten als ‘Vandaag lukt het nog niet, maar morgen ga ik…’ kunnen je ondermijnen. Want morgen is altijd een dag verwijderd van nu.
Stap voor stap
Hoe ga je om met die saboteur in jezelf? De truc is om de natuurlijke angst en onzekerheid toe te laten die horen bij een nieuwe stap. Ben je bang voor het onverwachte? Vrees je dat je het niet meteen goed doet? Dat is heel normaal. Iedereen die iets nieuws aanpakt, ervaart spanning. Je kunt die fase niet overslaan.
Eén teentje in het water
Vanuit een liefdevolle houding naar jezelf kun je heel kleine stappen zetten. Ga te werk zoals je een klein kind aan de zee laat wennen: eerst een teentje erin. Daarna een voetje. Dan weer even het strand oprennen om de nieuwe ervaring te verwerken.
Kinderachtig? Misschien, maar heel voorzichtig beginnen is toch nog altijd veel fijner dan helemaal niet beginnen.